Gelijkmatigheid
Gelijkmatigheid betekent in de verlichtingswereld: de mate waarin het licht egaal verspreid wordt over de wegdek of op een plein of (parkeer)terrein. Bij een hoge gelijkmatigheid zijn er geen lichtere en donkere plekken op het wegdek. Om dit te bereiken moeten:
- de lantaarnpalen dicht genoeg bij elkaar staan
- en/of armaturen worden gekozen die het licht breed of soms rondom verspreiden
Moderne armaturen bieden door goede spiegels meer mogelijkheden, bijvoorbeeld om het licht heel breed over het wegdek te verspreiden zonder dat de bermen of gevels worden meeverlicht. Daardoor is het gemakkelijker een goede gelijkmatigheid te bereiken, ook met lagere lantaarnpalen en grotere afstanden ertussen. Wanneer de gemeente gaat dimmen, blijft de gelijkmatigheid gelijk. Alleen de verlichtingssterkte neemt dan af.
Gemeentelijk beleid
De gemeente Westerveld bepaalt per locatie welke gelijkmatigheid nodig is. Locaties waar gestreefd wordt naar een hogere gelijkmatigheid op het moment van (her)plaatsing van lantaarnpalen:
- drukke gebiedsontsluitingswegen (vanwege de verkeersveiligheid)
- verblijfsgebieden zoals centrumgebied en woonwijk (vanwege de beleving)
Binnen de bebouwde kom:
- voldoet de oudere verlichting meestal niet aan de ROVL qua gelijkmatigheid
- als lantaarnpalen worden vervangen, dan worden ze bij voorkeur op dezelfde plek teruggezet om extra kosten te voorkomen. De gelijkmatigheid blijft ongewijzigd
- als armaturen worden vervangen op de oude lantaarnpalen, kan soms de gelijkmatigheid iets worden verbeterd door een breder stralend armatuur te kiezen
- in gebieden of op wegvakken die worden geherstructureerd of nieuw ontwikkeld, beslist de gemeente welke gelijkmatigheid passend is voor de verkeersveiligheid, sociale veiligheid of de beleving. Deze gelijkmatigheid kan lager zijn dan de landelijke adviesrichtlijn (ROVL)
Foto: De lantaarnpalen staan hier relatief ver uit elkaar en zijn vrij hoog. Het wegdek wordt vooral verlicht direct onder de lantaanpaal met wit LED licht. De omgeving (waaronder de aanliggende woningen) blijven goed donker (Entingheweg, Diever).
Buiten de bebouwde kom:
- kiest de gemeente niet voor een hoge gelijkmatigheid;
- verlicht de gemeente zo min mogelijk en dan alleen ten behoeve van de verkeersveiligheid;
- eerst wordt gekeken of andere maatregelen zoals markering voldoende oplossing bieden;
- dit is conform de landelijke adviesrichtlijn ROVL-2011;
- àls er wordt verlicht, kiest de gemeente meestal voor oriënterende en niet voor gelijkmatige verlichting;
- ook bij nieuwe (ruimtelijke en infrastructurele) ontwikkelingen, zoals de aanleg van nieuwe fietspaden;
- een sobere verlichting blijkt meestal voldoende.
Foto: Goede gelijkmatige verlichting, in dit geval met lantaarnpalen die om en om staan. De armaturen brengen het licht boven het midden van het wegdek vanwege de gebogen vormgeving van de lantaarnpalen (Dieverbrug).